Over voedselbossen en gelaagd eetbaar groen

Voedselbossen zijn helemaal in! Maar wat is een voedselbos juist? Wat zijn de voor- en nadelen? Pakken we het juist aan in de Kempen? Gebruiken we de juiste soorten? We gaan alvast op onderzoek!



Delen

Een voedsel-wat?

Een voedselbos is een soort overgangssysteem tussen een natuurlijk bos en landbouw. Bij dergelijke bossen werk je in lagen, vandaar soms de benaming ‘gelaagd eetbaar groen’. Je focust niet enkel op de boomlaag zoals bij hoogstamboomgaarden, niet enkel op de struiklaag zoals bij de fruitteelt en niet enkel op de kruidlaag zoals op landbouwakkers, maar je gaat al deze teelten met elkaar combineren om alle ruimte optimaal te gebruiken. Bij de meeste officiële definities van voedselbossen worden 7 groeilagen beschreven:

Door al deze lagen met elkaar te combineren en maximaal in te zetten op diversiteit, gaan gewassen elkaar helpen en versterken in zowel bestuiving als nutriënten. Bovendien vormen dergelijke voedselbossen een microklimaat in het landschap met extra mogelijkheden om uitheemse (bv. tropische) voedselgewassen te kweken waarvoor het klimaat hier anders te koud zou zijn. Hierdoor kunnen voedselbossen honderden tot wel duizenden voedingsgewassen in één bos bevatten. 

 

Een voedselbos is niet nieuw

Het woord 'voedselbos' mag dan misschien nog niet zo bekend in de oren klinken, maar voedselbossen zelf zijn niet nieuw. Meer nog, dit type voedselsysteem wordt al duizenden jaren door de mens toegepast, maar is door massaproductie in onbruik geraakt. 

Duizenden jaren geleden trokken mensen als jagers en verzamelaars door het landschap om voedsel te verzamelen. Die zoektocht bracht heel wat onzekerheid met zich mee. Dus besloot men om zich op een vaste plek te vestigen en hier zelf voedsel te kweken. In de open ruimten teelden men groenten en granen, maar in de bossen werden ook gewassen geteeld zoals noten, vruchten, bessen en medicinale kruiden. De eerste voedselbossen werden geboren! Waar mensen nu nog samen met de natuur in stammen leven (bv. in Latijns-Amerika) bestaan nog steeds dergelijke voedselbossen. 

Vanaf het midden van de 20e eeuw werd de landbouwproductie — in een zoektocht naar voldoende en goedkoop voedsel voor een groeiende wereldbevolking — steeds intensiever waardoor systemen als voedselbossen bij ons in de vergetelheid geraakten. Toch zijn ze heel erg zinvol en goed om bodems te voeden. Door meerjarige eetbare gewassen op een doordachte manier bij elkaar te plaatsen kan je zogenaamde gildes maken van gewassen die mekaar kunnen versterken. Zo imiteren we natuurlijke, zelfonderhoudende ecosystemen waardoor we minder moeten tussenkomen als mens en tegelijkertijd bijdragen aan biodiversiteit, bodemkwaliteit en CO2-opslag. Door bovendien maximaal in te zetten op diversiteit verminderen we de impact van plantenziekten en plagen.

Het project ‘Lekker Eetbaar Groen’

Op welke manier kunnen voedselbossen bijdragen aan een duurzame voedselproductie? Wat kan in een voedselbos? Wat niet? Wat zegt de wetgeving? Willen we enkel inzetten op inheemse voedselgewassen of krijgen uitheemse soorten ook een plaatsje? Waar kunnen voedselbossen? Waar niet? Wat zijn de effecten op de lokale biodiversiteit? … Momenteel zijn er nog veel vragen en weinig antwoorden.

Op 1 januari 2022 is het LEADER-project ‘Lekker Eetbaar Groen’ van start gegaan voor 1,5 jaar. Met dit project willen we, samen met onze partners, de mogelijkheden van gelaagd eetbaar groen in de Kempen onderzoeken en zo een antwoord bieden op bovenstaande vragen. Er zal een beleidsvisie ontwikkeld worden en criteria voor ondersteuning. Daarnaast wil het project ook de Kempenaren informeren, kennis verdelen in een netwerk van voedselbospioniers, voedselbossen wetenschappelijk opvolgen, plantenlijsten opstellen met verantwoorde soorten en variëteiten voor de Kempen en demonstratieprojecten ontwikkelen in meerlagig eetbaar groen.

Over project Lekker Eetbaar Groen
© Vilda

Contactpersoon