De harkwesp is een van de zeldzaamste graafwespen van Vlaanderen. Ze komt enkel nog voor in de Panne aan de kust én in de Kempen!
De harkwesp is een van de zeldzaamste graafwespen van Vlaanderen. Ze komt enkel nog voor in de Panne aan de kust én in de Kempen!
Bij het woord ‘wesp’ denken heel wat mensen meteen aan de lastpak die in de zomer rond je blikje frisdrank cirkelt of je hardnekkig achtervolgt als je het op een loopje zet. Nochtans zijn er heel wat verschillende soorten wespen, bijen, graafwespen,… die allen hun eigen temperament hebben. En dus zijn er ook aangenaam zoemende en wonderlijke diertjes bij… zoals de harkwesp.
De harkwesp is een van de zeldzaamste graafwespen van Vlaanderen. Ze komt enkel nog voor in de Panne aan de kust en in het Geelse gehucht Bel. (Update: ze werd in 2021 ook weer gespot in Weelde, Oud-Turnhout en Retie!) Op zo’n unicum mogen we dus best fier zijn! De harkwesp is onze grootste graafwesp, maar ondanks haar imposante formaat is het een vredelievend diertje. De echte wespensteek wordt meestal toegebracht door de Gewone Wesp of de Duitse wesp. De angel van harkwespenvrouwtjes is voorzien om prooien zoals vliegen te steken. De menselijke huid is te dik en te taai voor de harkwesp en bovendien gedraagt deze soort zich niet agressief.
Je kan de harkwesp het makkelijkst herkennen aan de groengele ogen en snavelvormige bovenlip. De zwart-gele strepen op het achterlijf zijn op het eerste segment onderbroken. Op het voorpotenpaar hebben de harkwespen een tarsenkam (stekels) waardoor ze ideaal uitgerust zijn om in de grond te ‘harken’.
Vanaf juni kan je ze zien rondvliegen. De mannetjes patrouilleren dan over de zanderige gronden op zoek naar wijfjes. Met de voorpoten graven ze nesten in het zand. Het nest bestaat uit één enkel gangetje van 10 à 30 cm diep dat aan het einde verbreedt in een nestkamer. Een harkwesp onderhoudt maar één nest en maar één larve tegelijkertijd. Gewoonlijk brengt ze op die manier vier tot zes nakomelingen groot per vliegseizoen. En dat is weinig naar wespenstandaarden.
Gedurende de hele zomerperiode jaagt de harkwesp hoofdzakelijk op vliegen, zweefvliegen en dazen. Deze prooien worden naar het nest gebracht en dienen als voedsel voor de larven. De wijfjes besteden enorm veel zorg aan hun stekje. Elke keer als het wijfje het nest verlaat, sluit ze de toegang zorgvuldig af met een propje zand zodat het moeilijk vindbaar is voor parasitaire vliegen en andere predatoren. Ze graven zelfs ondiepe ‘kunstnesten’ in de buurt om vijanden te verwarren.
Harkwespen zijn zeer honkvast en nestelen elk jaar opnieuw op dezelfde zeer kleine oppervlakte. Ondanks de kleine nestzone, heeft de harkwesp relatief grote zandvlakten nodig. Want grotere zandvlakten zijn warmer dan kleine en de harkwesp is pas actief wanneer de luchttemperatuur boven 22°C uitkomt. Bloemdragende planten op vliegafstand hebben ze nodig om zichzelf te voeden. Op zich komt dit biotoop wel meer voor in de Kempen, maar doordat de harkwesp een gevoelige soort is en het bestaan ervan vaak onvoldoende gekend, verdween ze op de meeste plaatsen en meestal door ongelukkig geplande recreatieve activiteiten. Het spreekt voor zich dat een beestje dat in de grond nestelt gevoeliger is voor betreding. Vooral in het vliegseizoen (juni – september) kan dit een nefaste invloed hebben. Daarbij komt nog dat er minder bloemrijke bermen en graslanden zijn dan vroeger waardoor harkwespen minder voedsel vinden. De populaties zijn bijna overal uit het landschap van de Kempen verdwenen. Bijna overal… maar dus niet in Geel Bel. En tegenwoordig zelfs in Weelde, Oud-Turnhout én Retie!
Geel Bel is een wondermooi bosgebied dat frequent bezocht wordt door wandelaars, mountainbikers, ruiters en spelende kinderen. Het is een ideale stek voor bewoners en bezoekers om tot rust te komen en te genieten. En dat is op zich goud waard. Dankzij een aangepast beheer bij de verschillende partners (Kempens Landschap, Stad Geel en een private eigenaar) en de creatie van extra leefgebied (Natuurpunt) neemt de populatie Harkwespen in Geel-Bel gestaag toe. Wanneer je als bezoekers de afgebakende zones vermijdt, help je de harkwespen al een heel eind verder.